P2.0001 Global Goals, werkbudget € 10.000
Met ingang van juni 2021 is de gemeente Aalten Global Goal Gemeente. Vanaf 2022 wordt structureel
€ 10.000 beschikbaar gesteld om actief uit te dragen dat de gemeente Aalten een bijdrage levert aan de agenda 2030 van de VN en de Aaltense samenleving daarbij betrekt. Dit budget kan ingezet worden voor promotie, kennisdeling en ontwikkeling met betrekking tot het werken met de Global Goals.
P2.0002 Accountantskosten € 20.196
Het vorige contract met de accountant liep tot en met het boekjaar 2020. De Europese aanbesteding heeft geleid tot een nieuw contract dat ruim € 10.000 hoger uitvalt dan we tot nu toe in de begroting hadden staan. Daarnaast komen we in verband met extra werkzaamheden over 2020/2021 door corona en nieuwe SISA-regelingen ook nog voor € 10.000 extra kosten te staan.
P2.0003 Aandeel resultaat 2020 VNOG € 140.550
Ons aandeel in het positieve rekening resultaat 2020 van de VNOG is € 140.550.
P2.0004 Mantelzorg € 40.000
De bekendheid van de mantelzorgwaardering bleef altijd al iets achter op het beschikbare budget en nu konden vanwege de coronamaatregelen ook de geplande activiteiten op de Dag van de Mantelzorg (voor volwassenen en gezinnen) twee jaar op rij niet doorgaan. Omdat VIT-hulp bij mantelzorg per 1 oktober 2021 in liquidatie is, zit de financiële afwikkeling van deze waardering over zowel 2020 als 2021 in dit boekjaar. Het totale voordeel bedraagt € 40.000. De jaarlijkse individuele waardering heeft wel plaatsgevonden.
P2.0005 Latere invoering ZOOV-pas € 27.000
Het college heeft besloten om de invoering van de ZOOV-pas met een half jaar uit te stellen tot 1 juli 2021. Hierdoor kunnen we in 2021 maar de helft van de jaarlijkse bijdrage innen. Zie ook het voorstel tot vaststelling van de Verordening Sociaal Domein gemeente Aalten 2021 van 23 maart 2021.
P2.0006 Praktijk ondersteuner huisartsen (POH) € 30.000
Op dit moment is nog te veel onzeker voor 2021. Afspraken met Menzis en HZOA over de financiering en monitoring worden in de komende maand gemaakt. Hiervoor reserveren we € 16.000 voor de rest van het jaar. Vanwege onder andere de coronasituatie zijn de laatste twee praktijken in 2021 nog niet aangesloten. Dit maakt dat het extra overgehevelde budget uit 2020 nog niet is ingezet in 2021. In 2022 willen we opnieuw met deze praktijken in gesprek of zij de stap naar de POH willen zetten. Om dit te kunnen doen is het nodig om € 30.000 door te schuiven naar 2022. De resterende € 30.000 valt vrij.
P2.0007 Aandeel resultaat 2020 Laborijn € 462.861
Laborijn heeft in 2020 een positief resultaat behaald. Dit voordelige resultaat bestaat na toevoegingen aan de reserves nog uit een bedrag van € 1.591.680. Het algemeen bestuur van Laborijn heeft besloten om dit bedrag uit te betalen aan de deelnemende gemeenten. Ons aandeel op basis van het gemiddeld aantal huishoudens PW, medewerkers Wsw en het inwonersaantal bedraagt € 462.861.
P2.0008 BUIG € 125.255
Eind september is het definitieve BUIG-budget voor 2021 bekend gemaakt. Het aantal huishoudens in de bijstand daalt en ligt onder het niveau waarmee in de begroting van Laborijn rekening was gehouden. Dit samen leidt ertoe dat Laborijn nu een financieel overschot van € 200.000 voorziet. In onze begroting was al rekening gehouden met een positief saldo van € 74.745, daar komt nu nog een voordeel van ruim € 125.000 bovenop.
P2.0009 Bijstelling Wmo Begeleiding € 430.474, structureel € 478.117
In het transformatieplan zijn diverse maatregelen genoemd om de uitgaven in het kader van Wmo begeleiding te verminderen. Een aantal maatregelen zijn daadwerkelijk uitgevoerd. Zoals het meer gebruik maken van voorliggende wetten (Wlz, Zvw, Regres). Daarnaast is een andere wijze van indiceren meegenomen in het uitvoeringsplan 'zo persoonlijk mogelijk' en in de werkprocessen verankerd. Door middel van het bespreken van de duurste indicaties voor begeleiding is er ook meer afstemming in de wijze van indiceren.
De beperkingen als gevolg van de landelijke coronamaatregelen zorgen ervoor dat het meer inzetten van de sociale basis (inclusief inloopvoorzieningen) nu pas kan worden gestart. Daarnaast heeft corona tot gevolg dat meer inwoners mentale problemen ervaren, waardoor zij vaker en langer individuele begeleiding nodig hebben (ook een landelijk beeld). Wij verwachten dat deze gevolgen ook komende jaren nog zichtbaar blijven. Daarom wordt het budget in verband met al deze ontwikkelingen ook structureel bijgesteld met
€ 487.117. In dit bedrag is een prijsstijging van de tarieven verwerkt. In de begroting 2022 was rekening gehouden met een tariefstijging van 1,5%, inmiddels weten wij dat dit ongeveer 3% wordt met name als gevolg van CAO-ontwikkelingen.
Een ander onderdeel van het transformatieplan 'het groepsgewijs organiseren van individuele begeleiding’ wordt niet verder vormgegeven. De reden hiervan is dat deze vorm van zorg een onderdeel is van de nieuwe wijze van inkoop Wmo begeleiding. Hierin wordt geen onderscheid meer gemaakt tussen individuele en groepsgewijze ondersteuning. Het inkoopproces heeft vertraging opgelopen, waardoor deze werkwijze nu vanaf 1 juli 2022 gepland staat. Dit betekent dat de financiële effecten ook pas vanaf dat moment starten.
P2.0010 Bijstelling Wmo Voorzieningen € 224.434, structureel € 85.000
Net zoals de overschrijding van de kosten van begeleiding valt af te leiden uit het Dashboard sociaal domein, valt daaruit ook op dat de kosten van de maatwerkvoorzieningen (woon-, rolstoel- en vervoervoorzieningen) lager uitkomen dan begroot. Vanaf de start van het in eigen beheer inkopen en onderhouden van hulpmiddelen Wmo (november 2019) zien we een structurele daling van de kosten in het kader van hulpmiddelen. Eén oorzaak hiervan is de standaardisatie van het basisassortiment hulpmiddelen Wmo, waardoor hulpmiddelen vaker worden ingezet. Daarnaast is meer productkennis van de hulpmiddelen Wmo binnen de gemeente aanwezig dan voorheen, waardoor slimmere oplossingen zijn gevonden die ook financieel voordeliger zijn.
Op dit moment vindt de afronding van de aanbesteding hulpmiddelen plaats. Het blijkt dat de kosten voor met name vervoersvoorzieningen fors hoger liggen dan voorheen. Dit wordt veroorzaakt door verhoging van de grondstofprijzen en transportkosten wereldwijd. Daarnaast heeft de leverancier van aangepaste fietsen zijn besturingssysteem vernieuwd wat een kosten opdrijvend effect heeft. Daardoor wordt de gerealiseerde besparingen van 2021 van € 224.434 slechts gedeeltelijk, voor € 85.000, in de meerjarenbegroting meegenomen.
P2.0011 Bijstelling Jeugdzorg € 101.249, structureel € 204.691
Zoals uit het Dashboard sociaal domein valt af te leiden is de verwachting dat de kosten voor jeugdzorg in 2021 behoorlijk dalen ten opzichte van 2020. Bedroegen de kosten in 2020 nog ruim € 7,1 miljoen, dit jaar stevenen we af op een bedrag van rond de € 6,5 miljoen. Dit kostenniveau is vergelijkbaar met dat van 2019. De beoogde veranderingen uit het transformatieplan vertalen zich hier in een verlaging van de kosten.
Ondanks alle inspanning komen we net niet uit met de budgetten en moet er volgens de meest actuele schattingen € 101.249 worden bijgeraamd. De problematiek is zoals het er nu naar uitziet de komende jaren niet direct opgelost en daarom wordt deze bijstelling ook structureel doorgevoerd.
Daarnaast was in de begroting 2022 rekening gehouden met een tariefstijging van 1,5%, inmiddels weten wij dat dit ongeveer 3% wordt met name als gevolg van CAO-ontwikkelingen. Daarom moeten we de budgetten vanaf 2022 aanvullen met € 103.442.
P2.0012 Bijstelling Wmo Huishoudelijke verzorging € 487.499, structureel € 370.000
De huishoudelijke hulp blijft last houden van het lage abonnementstarief en de aanzuigende werking daarvan. Het aantal cliënten blijft stijgen. Als gevolg van corona zijn we, in plaats van januari, in september 2021 begonnen met de herindicatie van de lopende beschikkingen. We zien het aantal uren dat beschikt wordt per indicatie ook teruglopen. De effecten hiervan zien we (nog niet) terug in de financiën, met name omdat we de afbouw van uren geleidelijk invoeren. We verwachten vanaf het vierde kwartaal van 2021 en zeker ook in 2022 de eerste (positieve) financiële effecten te zien, desondanks moeten we de begroting in 2021 met ruim € 487.000 naar boven bijstellen.
Meerjarig moet er met ingang van 2022 € 25.000 worden bijgesteld als gevolg van een tariefsverhoging (Algemene Maatregel van Bestuur) en omdat binnen de CAO nieuwe loonschalen zijn ingevoerd.
Daarnaast is de inschatting dat ongeveer 50% van de inwoners overstapt van de goedkopere Alfa constructie naar de duurdere ZIN (Raadsmededeling 166-2021). Dit kost ongeveer € 120.000 vanaf 2022. Tot slot blijft de toenemende vergrijzing in de gemeente een rol spelen in de stijging van de kosten, daarom wordt vanaf 2022 dit budget structureel, naast de twee eerdergenoemde bijstellingen, met € 225.000 opgehoogd.