Totaal financieel overzicht

Totaal financieel overzicht

Terug naar navigatie - Totaal financieel overzicht

Hieronder staat het verloop van het begrotingssaldo met als uitgangspunt de door de raad vastgestelde cijfers uit de Voorjaarsnota 2023. Daaronder zijn de mutaties vermeld die zijn meegenomen in deze 
begroting met op de volgende pagina’s de toelichtingen. 

bedragen x € 1.000
Nr. Omschrijving (min teken houdt een voordeel in) 2024 2025 2026 2027
Tekorten voor begroting 2024-2027 1.527 2.168 3.879 3.909
Programma 1 Ruimte
01. Toeristenbelasting vanaf 2025 € 0,20 verhogen -16 -16 -16
02. Omgevingsdienst Achterhoek (ODA) 72 72 72 72
Programma 2 Sociaal Domein
03. Vrijval dotatie voorziening wethouders -246 -246 -246 -246
04. Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland (VNOG) 88 89 183 248
05. Crossfire werkbudget, dekking budget raadsprogramma 25
06. IHP fase 1 Triangel laag, dekking zie 21. 262 262 262
06. IHP fase 1 Triangel laag, dekking vrijval kapitaallast -28 -28 -28
Triangel hoog (na afwaardering)
06. IHP fase 1 Triangel laag, dekking verhuur kinderopvang -84 -84 -84
07. Koppelkerk 28
08. Erfgoedcentrum Noord en Oost-Gelderland (ECAL) 21 21 21 21
09. Groot onderhoud subsidieregeling gemeenschapshuizen 139 139 139 139
10. Laborijn 231 281 75 145
11. Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (GGD) 29 49 68 88
Programma 3 Bedrijfsvoering
12. Digitalisering burgerzaken 45
13. Digitalisering en doorontwikkeling van bedrijfsvoering 100
14. Hybride werken 26
15. Flexbudget piek reisdocumenten 56 70 93 102
16. Rentebijstelling 79 320 434 555
17. Hogere opbrengst OZB -321 -321 -321 -321
18. Algemene uitkering -4.041 -4.139 -3.167 -2.391
19. Dekking budget raadsprogramma 05. Crossfire -25
werkbudget, zie programma 2
20. Gedeeltelijk terugdraaien versterken algemene reserve -500 -1.050
21. Verlagen toevoeging reserve Onderwijshuisvesting, -150 -150 -150
dekking 06. IHP fase 1 Triangel laag
Algemeen
22. Indexaties 2.731 2.731 2.731 2.731
Overige mutaties -71 -206 -199 -201
Totaal mutaties -1.534 -2.206 -133 926
Begrotingssaldo na alle mutaties -7 -38 3.746 4.855
overschot overschot tekort tekort

Toelichting op de punten uit het financieel overzicht

Terug naar navigatie - Toelichting op de punten uit het financieel overzicht

Programma 1 Ruimte 
01.    Toeristenbelasting vanaf 2025 € 0,20 verhogen, structureel vanaf 2025 € -16.000
Voor het jaar 2024 worden de tarieven voor de toeristenbelasting niet verhoogd. Wel wordt nu al aangekondigd dat het tarief voor 2025 met € 0,20 wordt verhoogd van € 1,35 per persoon per overnachting naar 
€ 1,55. Hiervoor is vanaf 2025 een meeropbrengst van € 16.000 geraamd. Door dit nu al aan te kondigen kunnen recreatieondernemers dit tijdig in hun bedrijfsvoering en communicatie opnemen. Hiermee vervullen we een langgekoesterde wens van de logiesverstrekkende ondernemers. We laten voortaan een jaar vooruit het tarief door de raad vastleggen. 

02.    Omgevingsdienst Achterhoek (ODA), structureel € 72.000
De bijdrage van de ODA neemt in 2024 toe met € 72.000. Dit komt hoofdzakelijk door een stijging van het uurtarief als gevolg van de hogere CAO en stijgende lasten. Daarnaast heeft de ODA de uren van een aantal normproducten herzien. Dit zorgt ervoor dat er meer uren besteed worden aan vergunningverlening. Beide mutaties zijn ook in 2023 conform de 1e begrotingswijziging bijgesteld.

Programma 2 Sociaal Domein 
03.    Vrijval dotatie voorziening wethouders, structureel € - 246.000 
Tot en met 2023 hadden we jaarlijks € 246.000 opgenomen voor de dotatie aan de voorziening pensioen en wachtgeld wethouders samen. Bij de jaarrekening 2022 hebben we de voorziening voor wachtgeld vrij laten vallen, omdat er geen aanspraak op werd gemaakt. Voor de zittende wethouders mag pas een voorziening worden gevormd wanneer zij daadwerkelijk aanspraak maken op het wachtgeld. Daarnaast is de dotatie aan de pensioenvoorziening afhankelijk van het aantal (oud)wethouders dat per einde boekjaar recht heeft op pensioen, het standaardtarief rekenrente van De Nederlandsche Bank (DNB) en de sterftetabellen per einde boekjaar. Aangezien deze drie variabelen niet te begroten zijn en zowel positieve als negatieve effecten kunnen hebben, is besloten alleen jaarlijks op basis van werkelijkheid in de jaarrekening te verantwoorden. 

04.    Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland (VNOG), € 88.000 / € 89.000 / € 183.000 / € 248.000
De gemeentelijke bijdrage voor de VNOG stijgt in 2024 met € 88.000 door de loon- en prijsstijging. De vorig jaar door meerdere gemeenteraden ingediende zienswijze tegen de demarcatie heeft ertoe geleidt dat de extra kosten voor Aalten met € 18.000 naar beneden zijn bijgesteld. In eerdere kadernota’s en begrotingen is al aangegeven dat de kapitaallasten van de VNOG dusdanig gaan stijgen, dat deze op enig moment niet meer gedekt kunnen worden door een onttrekking aan de beschikbare egalisatiereserve. Hierdoor is een verhoging van de gemeentelijke bijdrage op termijn noodzakelijk. Deze stijging is nu voorzien voor 2026 
(€ 94.000) en 2027 (€ 159.000). 

05.    Crossfire werkbudget, incidenteel € 25.000, dekking budget raadsprogramma 
Vertegenwoordigers van de gemeenten Bocholt en Aalten, de VNOG en de Brandweer Bocholt werken samen aan het project Crossfire. Een gezamenlijke locatie voor de brandweer en Feuerwehr wordt als een innovatieve oplossing gezien om aanzienlijke veiligheidsvoordelen voor de grensregio te creëren en tegelijkertijd de Europese gedachte uit te dragen. Het leidt uiteindelijk tot een kostenbesparing doordat er minder brandweerposten gebouwd hoeven te worden in de grensstreek. Medio 2023 is de locatiekeuze van de grensoverschrijdende brandweerkazerne (voorlopig) afgerond en zijn de verwervingsonderhandelingen gestart; dit proces wordt naar verwachting in 2024 afgerond. Parallel hieraan wordt onderzocht wat de stichtingskosten van de brandweerpost zijn bij realisatie aan Nederlandse dan wel aan Duitse kant van de grens. Tezamen vormt dit de input voor de definitieve locatiekeuze. Voor deze voorbereidende werkzaamheden wordt een werkbudget van € 25.000 opgenomen.

06.    IHP fase 1 Triangel laag, vanaf 2025 structureel € 150.000 per saldo
De onderwijswetgeving stelt dat gemeenten moeten voorzien in adequate huisvesting voor het onderwijs. Momenteel wordt door het ministerie regelgeving voorbereid die gemeenten en schoolbesturen verplicht tot het opstellen van een Integraal Huisvestingsplan voor het onderwijs (IHP). Het IHP geeft zowel de gemeente als de schoolbesturen duidelijkheid over de toekomstige investeringen in onderwijsvoorzieningen. De gemeente Aalten heeft, vooruitlopend op deze nieuwe wetgeving, maar wel binnen de kaders van de huidige wetgeving, besloten tot het opstellen van een IHP. 
Fase 1 van het IHP, de Triangel laag, is vanaf 2025 meegenomen in deze begroting. Deze investering wordt onder meer gedekt door de toevoeging aan de reserve Huisvesting onderwijs te verlagen met € 150.000. Daarnaast valt de huidige kapitaallast van de Triangel hoog vrij na afwaardering van het pand, dit zorgt structureel ook voor dekking van de nieuwe kapitaalslast. 
In het IHP is tevens afgesproken dat, in het geval dat er extra m2 gebouwd worden voor kinderopvang, 
organisaties dit tegen een kostendekkende huurovereenkomst huren van de gemeente. 

 
07.    Koppelkerk, incidenteel € 28.000 
De Koppelkerk ontvangt een jaarlijkse budgetsubsidie. Dit is bij de vaststelling van de cultuurnota “Een warm bad voor cultuur” in 2019 besloten. De Koppelkerk heeft de afgelopen jaren een enorme groei doorgemaakt. De activiteiten en daardoor het aantal bezoekers zijn toegenomen. De organisatie heeft zowel in Aalten als de regio, maar ook buiten de regio inmiddels een goede naam opgebouwd. De groei brengt met zich mee dat een verdere professionalisering van de organisatie nodig is. Het afgelopen jaar bleek als ge-volg van langdurige ziekte van de directeur ook dat de organisatie kwetsbaar is. De Koppelkerk heeft veel vrijwilligers. Om het werk van de vrijwilligers in goede banen te leiden is een stevig professionele basis van de organisatie nodig. Een van de stappen hierin is de aanstelling van een zakelijk leider. Daarnaast zijn betaalde krachten nodig op een aantal cruciale functies zoals: PR, ICT-beheer, administratie en vrijwilligers-coördinatie. De Koppelkerk heeft de afgelopen jaren laten zien dat er sprake was van een gezond financieel beleid. Echter door de langdurige ziekte van de directeur en de bijbehorende perikelen heeft men flink inge-teerd op de financiële buffer. Ook is de Koppelkerk getroffen door kostenstijgingen als gevolg van de hoge energieprijzen. Naast de professionaliseringsslag die gemaakt moet worden is ook de inventaris deels toe aan onderhoud, herstel of vervanging. Hiervoor is een meerjaren-investeringsplan opgesteld. Om beide ontwikkelingen te kunnen bekostigen is een hoger subsidiebedrag nodig van € 28.000 per jaar. De Koppelkerk verwacht door de professionaliseringslag zelf ook extra inkomsten te kunnen generen door in te zetten op een brede sponsoractie, geactualiseerde PR-strategie en bovenlokale projectsubsidies. In de loop van 2024 wordt bezien welke invloed deze ontwikkelingen en inspanningen hebben gehad op de financiële toekomst van de Koppelkerk en in hoeverre structurele herziening van de jaarlijkse budgetsubsidie nodig is. Dit ook mede in relatie tot andere culturele gesubsidieerde organisaties.

08.    Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers (ECAL), structureel € 21.000
De gemeentelijke bijdrage voor de ECAL wordt in principe bepaald op basis van het aantal meters papier dat een gemeente in beheer heeft en wordt voor vier jaar vastgelegd. In de begroting 2023-2026 is deze meterprijs opnieuw vastgesteld. De afgelopen periode heeft echter uitgewezen dat de lasten danig zijn gestegen. Dat heeft het DB doen besluiten de meterprijs vanaf begrotingsjaar 2024 te verhogen. 
De raad heeft een zienswijze ingediend, omdat zij vindt dat een dergelijke structurele verhoging ten aanzien van de energiekosten op dit moment voorbarig is. Om die reden is het verzoek gedaan om hun begroting voor de jaren 2025 en 2026 aan te passen. Vooralsnog is deze hogere bijdrage wel opgenomen in onze begroting. Dit leidt tot een stijging van onze jaarlijkse bijdrage met € 21.000.

09.    Groot onderhoud subsidieregeling gemeenschapshuizen, structureel € 139.000
In juni 2021 heeft de gemeenteraad de kadernota ‘Beleidskader gemeenschapshuizen 2021’ vastgesteld. Een belangrijk speerpunt uit dit nieuwe beleidskader is dat bij de financiële ondersteuning van de instandhouding van gemeenschapshuizen de focus duidelijk wordt verlegd. Een incidenteel investeringssubsidie in de kosten van nieuw- en uitbouw gaat naar een structurele (aanvullende) subsidiebijdrage in het groot-onderhoud. Om de huidige staat van onderhoud in beeld te krijgen (0-meting) heeft een extern bureau inspecties bij alle gemeenschapshuizen uitgevoerd. De uitkomsten van deze inspecties zijn verwerkt in een Rapportage. Ze vormen de grondslag voor een meerjarig onderhoudsplan (MJOP) per accommodatie. Deze plannen gaan ook de basis gaan vormen voor een nieuwe structurele subsidieregeling gericht op gemeentelijke financiële ondersteuning van het (groot-)onderhoud. Op dit moment is nog niet precies aan te geven welke omvang het hiervoor benodigde structurele subsidiebudget moet hebben. Voor de uitvoering van de vervallende incidentele investeringssubsidieregeling is nooit structurele ruimte in de gemeentebegroting opgenomen. Maar op grond van deze regeling is in het afgelopen decennium jaarlijks gemiddeld zo’n 
€ 139.000 uitgegeven. Uitvoering van de nieuwe ‘groot-onderhoudssubsidieregeling’ gaat naar verwachting in de buurt van dit jaarlijkse gemiddelde komen. Een zodanige substantiële bijstelling van de gemeentebegroting is dan in de lijn van het raadsbesluit.

10.    Laborijn, € 231.000 / € 281.000 / € 75.000 / € 145.000 
De uitvoeringslasten van Laborijn zijn opgenomen conform de begroting van Laborijn. Deze uitvoeringskosten zijn gestegen ten opzichte van de meerjarenraming 2023 als gevolg van loon- en prijsstijgingen en niet beïnvloedbare ontwikkelingen. Zo waren de nieuwe CAO-gemeenten met een aanpassing van de lonen van het ambtelijk personeel met gemiddeld 7% en de toename van de energieprijzen voor gas en elektra met op een zeker moment ruim 300% nog niet meegenomen in de oorspronkelijke begroting. Vanaf 2024 wordt de uitvoering van de Wet Inburgering 2021 onderdeel van de gemeenschappelijke regeling. De financiële effecten hiervan zijn ook verwerkt in deze uitvoeringslasten. Onze bijdrage voor 2024 komt uit op € 2.414.000.

11.    Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (GGD), € 29.000 / € 49.000 / € 68.000 / € 88.000
Op basis van de loon- en prijsstijging, waarbij in 2024 rekening is gehouden met het indexcijfer van 5,99%, neemt de gemeentelijke bijdrage voor de GGD in 2024 toe met € 29.000. Onze bijdrage loopt in de volgende jaren op tot een toename van € 88.000 in 2027. 

 
Programma 3 Bedrijfsvoering
12.    Digitaliseren aktes burgerlijke stand, incidenteel € 45.000
In 2024 starten we met de digitalisering van de aktes geboorte, huwelijk en overlijden. Door dit proces te digitaliseren kunnen we de aktes efficiënter opslaan en beheren. Zo zijn er minder handmatige handelingen en minder papier nodig. De aktes zijn geschikt voor duurzame opslag. Schade als gevolg van eventuele inktschade is er niet meer zodat de akte in de toekomst leesbaar blijft. De kosten om dit te doen worden op dit moment geraamd op € 45.000. Daarmee zijn dan alle aktes gedigitaliseerd en gekoppeld aan ons systeem van Centric. 

13.    Digitalisering en doorontwikkeling van bedrijfsvoering, incidenteel € 100.000
De processen binnen onze organisatie vragen continu aandacht. Inwoners vragen steeds meer en (technische) ontwikkelingen bieden steeds nieuwe kansen om onze processen te optimaliseren. Wat kan bijvoorbeeld AI (Artificial Intelligence) betekenen voor onze processen in de toekomst en onze dienstverlening naar onze inwoners? Welke processen en dienstverlening kunnen we verder digitaliseren en hoe helpen we onze inwoners hierbij? De toegankelijkheid voor iedereen blijft hierbij uitgangspunt, waarbij we eventueel voordelen door middel van digitalisering willen inzetten voor het digitaal vaardig maken van al onze inwoners. Voor 2024 is incidenteel € 100.000 benodigd voor de inzet van externe expertise voor het verder optimaliseren van zaakgericht werken en het optimaliseren van onze bedrijfsvoering processen. 

14.    Hybride werken, cultuur en gedrag, incidenteel € 26.000
Wat betreft de onderlinge (hybride) samenwerking starten we verschillende initiatieven die dit verder ontwikkelen. Zo starten we voor alle leidinggevenden en teams met een programma hybride samenwerken. Daarnaast volgen we deze op met een digitale vaardigheden training die iedereen een stap verder brengt in zijn of haar ontwikkeling op het gebied van bijvoorbeeld hybride vergaderen, hybride communiceren en documenten maken en delen. Voor de inzet van externe expertise om onze medewerkers te trainen op deze vaardigheden is in 2024 € 26.000 benodigd.

15.    Flexbudget piek reisdocumenten, € 56.000 / € 70.000 / € 93.000 / € 102.000
Sinds 2014 is de duur van een reisdocument verlengd van 5 naar 10 jaar. Dit heeft het effect dat om de 10 jaar gedurende een periode van 5 jaar de aanvragen reisdocumenten fors toenemen. Voor 2024 is dit bijna 2 maal zoveel als in 2023 oplopend naar 2,5 maal zoveel in 2027 en 2028. Om de dienstverlening aan onze inwoners te waarborgen vragen we daarom nu om een flexbudget burgerzaken in de begroting op te nemen. Deze extra last is niet meegenomen bij de eerdere bijstelling van de leges burgerzaken. Dit flexbudget wordt ingezet voor het inhuren van tijdelijk personeel om de pieken gedurende het jaar op te vangen. Het budget heeft jaarlijks de omvang van de extra legesopbrengsten ten opzichte van het begrotingsjaar 2023 
(€ 64.000). 

16.    Rentebijstelling, € 79.000 / € 320.000 / € 434.000 / € 555.000
De rente bijstelling bestaat uit hogere lasten voor de langlopende leningen. In de loop van 2024 wordt voor 10 jaar een rente voorzien van tegen de 4%. Een gedeelte van deze hogere rente kan toegerekend worden aan het riooltarief. Daarnaast zijn de renteontvangsten van een aantal posten naar boven toe bijgesteld. Per saldo levert dit een hogere rente last op van € 79.000 (2024), € 320.000 (2025), € 434.000 (2026) en 
€ 555.000 (2027). Verdere toelichting over de rente is te vinden in de paragraaf financiering. 

17.    Hogere opbrengst OZB, structureel € - 321.000
De OZB-opbrengst is in 2023 niet verhoogd om tegemoet te komen aan de sterk gestegen kosten van levensonderhoud in dat jaar. De inflatie is in de afgelopen periode echter sterk toegenomen. Om het voorzieningenniveau op peil te houden in de gemeente is het noodzakelijk om voor 2024 de OZB-opbrengst met 6% te laten stijgen. Voor een gemiddelde woning betekent dat een verhoging van de aanslag OZB van € 18,00. 

18.    Algemene uitkering, € - 4.041.000 / € - 4.139.000 / € - 3.167.000 / € - 2.391.000
De uitkomsten van de doorrekening van de Meicirculaire 2023 vormt de basis voor de berekening van de algemene uitkering voor 2024 en de jaren daarna. In de jaren 2024 en 2025 loopt de algemene uitkering op met ruim vier miljoen euro om vervolgens in 2026 terug te vallen naar 3,2 miljoen euro en in 2027 zelfs naar 2,4 miljoen euro. Zo doende blijft het ravijnjaar 2026 bestaan. Met name het lager vastgestelde volume-accres vanaf dat jaar € 1,8 miljard is daar debet aan. Over de opschalingskorting en het herverdelingseffect naar aanleiding van de invoering van het nieuwe verdeelmodel is met geen woord gerept in deze meicirculaire. Voor een gedetailleerde verklaring van de cijfers verwijzen we naar de toelichting in raadsmededeling 91-2023 Meicirculaire 2023.

19.    Dekking budget raadsprogramma 05 Brandweerkazerne Dinxperlo Suderwick Crossfire, 
incidenteel € 25.000
Zie toelichting in programma 2.

20.    Gedeeltelijk terugdraaien versterken algemene reserve, 2024 € 500.000 en 2025 € 1.050.000
In de begroting 2023 is besloten om de algemene reserve te versterken in 2023 t/m 2025 met oog op het ravijnjaar 2026. In deze begroting blijkt dat er in 2024 en 2025 onvoldoende financiële ruimte is om de algemene reserve dusdanig te voeden. Om die reden draaien we het versterken van de algemene reserve gedeeltelijk terug. In 2024 wordt de volledige versterking van € 500.000 teruggedraaid. In 2025 wordt deze met € 1.050.000 verlaagd. Daarmee wordt de reserve in 2025 nog versterkt met € 750.000.

21.    Verlagen toevoeging reserve Huisvesting onderwijs, dekking 06. IHP fase 1 Triangel laag, vanaf 2025 structureel € 150.000
Zie toelichting in programma 2.

Algemeen 
22.    Indexaties, structureel € 2.731.000
Onderstaand een overzicht dat inzicht geeft in de gebieden en hoogten van de diverse indexaties.

 

bedragen x € 1.000

Gevolgen van de indexatie

2024 2025 2026 2027
         
Loonindexatie 5,2% 765 765 765 765
         
Zorgbudgetten 5,2% 232 232 232 232
Externe kosten 3,9% 397 397 397 397
(Budget)subsidies diverse percentages  291 291 291 291
Opbrengsten huren leges rechten 6% -85 -85 -85 -85
Huishoudelijke ondersteuning 13,55% 500 500 500 500
Inkoop zorg 7,5% 631 631 631 631
  1966 1966 1966 1966
         
Totale indexatie prijzen 2.731 2.731 2.731 2.731

 

De loonindexatie volgens de door de raad vastgestelde kaders voor de begroting 2024 is voor de loongerelateerde budgetten uitgegaan van de in de meicirculaire 2023 opgenomen ‘loonvoet sector overheid’. Deze komt uit op 5,2 % en vertaalt zich naar een verhoging van de loonsom met € 765.000.

Totale indexatie prijzen en inkomsten 
De loongevoelige onderdelen zoals de zorgbudgetten zijn op basis van de loonvoet sector overheid geïndexeerd met 5,2%. Met betrekking tot de prijsindex zijn de indexcijfers uit de meicirculaire 2023 aangehouden van 3,9%. Sommige prijsstijgingen zoals die van afval en riolering worden doorberekend in de tarieven en betekenen geen budgettaire last voor de gemeentebegroting. De subsidies zijn verhoogd op basis van de indexaties volgens de subsidieafspraken. De leges en overige inkomsten zijn verhoogd met 6%.

Huishoudelijke Ondersteuning, hier is een extra indexatie op toegepast vanwege de nieuw vastgestelde CAO Verpleeg- Verzorgingshuizen en Thuiszorg.

Inkoop zorg, hier is een extra indexatie van 7,5% aangehouden. Deze indexatie komt boven op de eerder verwerkte indexatie van 5,3% voor inkoop zorg uit de begroting 2023. Op het moment van aanbieden van deze begroting bestaan er nog veel onzekerheden over de financiële effecten van de herijking van de regionale afspraken jeugdzorg en Wmo. Daarnaast is het op dit moment nog te vroeg om een goede inschatting te maken van het structurele effect van de dalende trend in de aantallen met betrekking tot jeugdzorg en Wmo. Naast deze indexatie van 7,5% bovenop de eerder verwerkte 5,3% kwantificeren we in de risicoparagraaf deze onzekerheden als extra risico.