Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen

Een deel van de gemeentelijke taken richt zich op het onderhoud van de openbare ruimte en kapitaalgoederen. Om deze kapitaalgoederen op een acceptabel niveau te houden, is goed beheer noodzakelijk. Gelet op de omvang van de te beheren kapitaalgoeder

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

Een deel van de gemeentelijke taken richt zich op het onderhoud van de openbare ruimte en kapitaalgoederen. Om deze kapitaalgoederen op een acceptabel niveau te houden, is goed beheer noodzakelijk. Gelet op de omvang van de te beheren kapitaalgoederen legt deze continu taak een substantieel beslag op budgettaire middelen. Het is daarom van groot belang om de omvang van de te beheren objecten in de openbare ruimte en de huidige kwaliteit volledig in beeld te hebben. Het beleid voor het uitvoeren van onderhoudsactiviteiten aan gemeentelijke kapitaalgoederen is opgenomen in de nota verkrijging/vervaardiging en onderhoud kapitaalgoederen. Op basis van looptijd moeten een aantal beleidsplannen opnieuw worden opgesteld. Aangezien er tot op heden nog wel mee gewerkt kan worden, is gekozen om te bekijken in welke vorm deze beleidstukken mee worden genomen in de nieuwe omgevingswet. 

Openbare ruimte

Terug naar navigatie - Openbare ruimte

Integraal Beheer Openbare Ruimte (IBOR)
De voortdurende ontwikkeling en zorg die is gericht op het waarborgen van de kwaliteit van de openbare ruimte waarmee de belanghebbenden tevreden zijn en zich betrokken weten, zodanig dat ook de leefbaarheid en de economische vitaliteit wordt gediend. Door klimaatverandering worden andere eisen aan onze openbare ruimte gesteld. Daarom zijn we bezig met het opstellen van een klimaatvisie. Hieruit komen maatregelen naar voren die getroffen moeten worden om de gevolgen van de klimaatverandering op te vangen.

Onderhoud wegen
Voor het onderhoud van de wegen is in 2009 een beleidsnota wegen vastgesteld. Het groot onderhoud van de wegen steunt op jaarlijks geactualiseerde onderhoudsschema’s die uitgewerkt en/of bijgesteld worden na visuele inspecties. In deze onderhoudsschema’s zijn de wegen, zowel binnen als buiten de bebouwde kom, opgenomen die voor de komende vijf jaar op de planning staan. De kosten van dit onderhoud worden gedekt door een onttrekking aan de reserve onderhoud wegen. De jaarlijkse voeding om het onderhoudsniveau sober te handhaven bedraagt € 290.000. Het reguliere jaarlijkse onderhoud van de wegen in 2023 bedraagt € 361.000. De reserve en het actuele meerjarenonderhoudsplan (MOP) zijn op elkaar afgestemd. Hierbij is geen sprake van afwijkingen of achterstallig onderhoud. Uit inventarisatierondes van de wegen blijkt dat er geen noemenswaardige afwijkingen zijn ten opzichte van de actuele onderhoudsplannen. Incidenten die zich voordoen, worden direct opgelost. Deze staan echter los van de reguliere onderhoudsplannen. Investeringen worden geactiveerd en volgens de economische levensduur afgeschreven. 

Onderhoud bruggen en duikers
Om het onderhoud en de instandhouding van onze bruggen en duikers te waarborgen is een meerjarenonderhoudsplan opgesteld. Jaarlijks worden alle bruggen en duikers geïnventariseerd en gecontroleerd. Uit de inventarisatieronde blijkt dat het meerjarenonderhoudsplan nog steeds actueel is. Voor 2023 hoeft het meer-jaren onderhoudsplan dan ook niet te worden bijgesteld en wordt het geplande jaarlijkse onderhoud uitgevoerd. De lasten hiervoor zijn in 2023 € 52.000. Dit is inclusief het eventueel renoveren en tussentijds vervangen van bruggen en duikers. 

Openbare verlichting 
In de begroting is jaarlijks een bedrag van € 47.000 opgenomen voor investering in vervanging van lichtmasten. Deze investering wordt in 30 jaar afgeschreven. Een aantal jaren geleden is een vervangingsplan openbare verlichting opgesteld. Bij vervanging van verouderde lichtmasten worden deze vervangen door lichtmasten met Led-verlichting. Het onderhoud van de openbare verlichting bedraagt € 73.000 structureel. De jaarlijkse kapitaallasten (afschrijving en rente) bedragen € 24.000. In 2022 is begonnen met het opstellen van beleid met betrekking tot de verlichting in de openbare ruimte. Hieronder valt meer dan alleen de openbare verlichting. Als gevolg van het nieuw op te stellen beleid wordt ook een vervangingsschema opgesteld. 

Openbaar groen 
In 2012 is een groenbeleidsplan vastgesteld met daarin onder meer aangegeven aan welke kwaliteitseisen het openbaar groen binnen de kernen moet voldoen. Op basis van dit plan zijn renovaties van beplantings-stroken uitgevoerd, waardoor de kwaliteit is toegenomen en het vastgestelde kwaliteitsniveau sober voor de komende jaren is gewaarborgd. Gekoppeld hieraan is een groenbeheersplan, waarop het jaarlijks onderhoud van het openbaar groen is gebaseerd. Door het onderhoud op basis van het groenbeheersplan te laten uitvoeren, wordt het gestelde onderhoudsniveau gehandhaafd. 
Jaarlijks wordt bekeken of een bijstelling van het groenbeheersplan moet plaatsvinden. De extreme hitte van afgelopen zomers heeft een behoorlijke aanslag op het openbaar groen gepleegd. Er wordt geïnventariseerd of vervangingen of extra aanpoot noodzakelijk is. Gezien de klimaatverandering blijft dit de komende jaren een aandachtspunt. Zo nodig wordt de raad hieromtrent aanvullend geïnformeerd. 
Door klimaatverandering worden andere eisen aan het openbaar groen gesteld. In de toekomst kan dit hogere kosten met zich meebrengen. Ook is er veel meer aandacht aan de biodiversiteit in ons openbaar groen.

Speelvoorzieningen 
In 2014 is de nieuwe speelnota Spelenderwijs Ontmoeten vastgesteld. Aan dit beleid is uitvoering gegeven en het project is afgerond. Alle speelterreinen die op de nominatie stonden te verdwijnen, zijn geamoveerd en alle (nieuwe) speelterreinen zijn (her)ingericht. Voor het onderhoud en de vervanging van speelvoorzieningen is structureel € 16.000 in de exploitatie opgenomen. 

Riolering
Het verbreed Gemeentelijke Rioleringsplan (GRP) 2015-2019 is de neerslag van de wettelijke verplichting dat de gemeente een rioleringsnota dient te hebben. Deze nota bepaalt de normen voor de kwaliteit van het milieu en het onderhoud. Het voorstel is en was om nog geen nieuw GRP op te stellen, omdat het huidige plan nog aan de eisen voldoet en we willen aansluiten bij de nieuwe Omgevingswet. Investeringen in de riolering worden geactiveerd, de lasten worden via de riooltarieven verhaald op de burgers. Eventuele overschotten of tekorten worden jaarlijks met de voorziening riolering geëgaliseerd. Het niet actualiseren wil niet zeggen dat er niets gebeurt. Momenteel zijn we bezig met het opstellen van een klimaatvisie waar ook aandacht is voor verschillende maatregelen die van invloed kunnen zijn op het rioolstelsel waaronder het afkoppelen van regenwater op het rioolstelsel.
Klimaatverandering leidt tot hogere temperaturen, nattere winters, heftigere buien en een kans op drogere zomers wat extra investeringen met zich meebrengt. Hieraan wordt de komende jaren de nodige aandacht geschonken. In 2020 is een stresstest uitgevoerd om zo inzichtelijk te maken wat de gevolgen van klimaatverandering zijn voor onze gemeente. Er is een start gemaakt met het realiseren van een aanvalsplan voor de aanpak van wateroverlast, hittestress, droogte en de gevolgen van overstromingen. Eventuele maatregelen hieruit worden ook verwerkt in de omgevingsplannen.

Gebouwenbeheer

Terug naar navigatie - Gebouwenbeheer

De gemeente heeft een aantal gebouwen in eigendom, beheer en onderhoud. Om waardevermindering van de gebouwen te voorkomen, is een goede staat van onderhoud noodzakelijk. Bij het beheer en onderhoud wordt onderscheid gemaakt tussen het beheer en onderhoud van het gebouw, alles wat aard- en nagelvast is (technisch onderhoud) en het beheer en onderhoud door de gebruiker (water, gas, elektra, telefonie, schoonmaak en dergelijke). Jaarlijks worden de gebouwen geïnspecteerd en de onderhoudsschema’s hierop aangepast. De meerjarenonderhoudsplannen zijn gekoppeld aan de reserve onderhoud gemeentelijke gebouwen. De reserve wordt jaarlijks met een gelijk bedrag ad € 160.000 gevoed, zodat de lasten gelijkmatig in de exploitatie zijn opgenomen. Grote, vaak wisselende onderhoudskosten worden aan deze reserve onttrokken.  Onttrekkingen worden door middel van de tussentijdse rapportages door de raad geautoriseerd. Voor het reguliere, kleinere onderhoud is structureel budget in de begroting opgenomen. Ieder jaar wordt aan een aantal specifieke gebouwen extra aandacht gegeven door middel van clustering van onderhoudswerkzaamheden, waardoor een efficiency voordeel gehaald wordt. 
Het onderhoud van de diverse gebouwen van de gemeente wordt op verschillende manieren uitgevoerd.

Gemeentelijke gebouwen, niet voor de gemeentelijke dienst bestemd 
Zowel het groot als het klein onderhoud van deze gebouwen komt voor rekening van de gemeente. Het groot onderhoud is in beeld gebracht door middel van een meerjarenonderhoudsplan (MOP). Om deze kosten te dekken, is een reserve gevormd die jaarlijks met een gelijk bedrag wordt gevoed. De middelen hiervoor zijn in de begroting opgenomen. Daarnaast is voor het reguliere jaarlijkse onderhoud een budget in de exploitatie opgenomen. Met de vaststelling van het onderhoudsplan is voldoende onderbouwing aanwezig om de gebouwen adequaat te onderhouden en in stand te houden. 
Voor de locatie Ahof, waarin Figulus is gehuisvest, is de voorbereiding voor dakvervanging in een vergevorderd stadium. Hierbij wordt ook het gehele dakoppervlak geïsoleerd volgens de huidige normering. 

Gemeentelijke huisvesting 
Locaties Hofstraat 8, Markt 7 en Gemeentewerf Derde Broekdijk 1E
Het onderhoud aan deze gebouwen is in het MOP opgenomen. Er zijn geen bijzonderheden, bij de locatie Hofstraat is het verhuurde deel aan de Rabobank weer in beheer gekomen. Momenteel is in onderzoek op welke manier de ruimte in de toekomst gebruikt gaat worden. 
Na de installatie van zonnepanelen op het dak van de verbouwde gemeentewerf zijn de mogelijkheden onderzocht om stappen te maken in de verduurzaming van ons vastgoed. Het verduurzamingsadvies is hiervoor opgesteld en hier wordt een plan van aanpak voor gemaakt. Daarbij wordt allereerst onderzoek gedaan naar de dakconstructie en de teruglevercapaciteit van het aanwezige leidingnet.